1. De post en de Joodse bevolking in het Protektoraat 'Böhmen & Mähren'
Het Protektoraat Böhmen & Mähren is op 16 maart 1939 door het Duitse leger opgericht. De voornaamste maatregelen die vanaf dat moment werden door gevoerd waren de basiscriteria van de Duitse 'anti-joods' wetten. Dit gebeurde op het gebied van eigendomsrechten, diensten van banken en postkantoren, arbeid, sociale zorg en gezondheidszorg. Vanaf 23 september 1939 werden Joden beperkingen opgelegd wat betreft het gebruik van radio en vanaf 7 januari 1941 werden ze vrijwel uitgesloten van het telefoonverkeer en werd gebruik van post gereguleerd. In de herfst van 1941 begonnen de deportaties van Joden in het Protektoraat. De eerste 5 transporten vertrokken op 16 oktober 1941 naar het ghetto van Lodz (Polen). Eind november startten de deportaties naar Theresienstadt. Op 10 december 1941 kwam in de Praagse postadministratie een circulatie van post tot stand voor de Joden in Lodz, alleen voor kaarten en brieven onder de 20 gram.
2. De post in ghetto 'Theresienstadt'
Het eerste transport naar Theresienstadt bestond uit 342 mensen, die het ghetto moesten voorbereiden op de aankomst van nog meer Joden uit het Protektoraat. Op 31 december 1941 leefden hier 7365 Joden en tot eind juni 1942 kwamen hier nog eens 26512 Joden bij. De hoop dat dit ghetto bescherming zou bieden tegen deportaties naar het Oosten werd al snel opgegeven. Op 9 januari vertrok het eerste transport van Theresienstadt naar Riga. Het ghetto Theresienstadt viel onder de jurisdictie van de afdeling IVB4 van de 'Reichssicherheitshauptamt' onder het directe commando van Adolf Eichmann. In het ghetto was de postservice, de communicatie met de rest van het Protektoraat, één van de meest gecontroleerde gebieden van Theresienstadt. De regels voor privaat briefverkeer naar en uit het ghetto werden vastgelegd. Het werd alleen toegestaan in het Duits te schrijven en briefkaarten te gebruiken. Alle post werd gecensureerd. Maar al gauw werd het postverkeer verboden en de laatste postzending vertrok 24 december 1941 uit het ghetto. Het versturen van geschreven communicatie kon nu alleen illegaal plaats vinden. Interne brieven werden vanaf 9 januari 1942 toegestaan, mits in het Duits geschreven. Ook deze brieven werden gecensureerd. Op 8 februari 1942, onder het bevel van A. Eichmann, werd post naar en uit Theresienstadt gedeeltelijk weer toegestaan. Enkele duizenden briefkaarten kwamen elke maand aan in het ghetto. Maar na de vondst van illegale post, werd de schriftelijke communicatie in mei 1942 weer stop gezet. Op 16 september 1942 werd het schrijven naar het thuisfront weer mogelijk voor een beperkte groep en onder strenge regels.
Blijf op de hoogte van acties en postzegelnieuws! Vul uw emailadres in, klik op "zend", klik vervolgens op de link in de bevestigingsemail die u ontvangt